Treinstation Rijswijk

Het oorspronkelijk bovengronds gelegen station van Rijswijk werd in 1965 geopend. Daarvoor deelde Rijswijk aan dezelfde spoorlijn van 1847 tot en met 1938 een stopplaats met Wateringen. Sinds de aanleg van de spoortunnel in 1996, waarvan de architect Th.J.B. Fikkers is, is het station ondergronds gelegen.
Toen Rijswijk in de jaren 50 geannexeerd leek te worden door Den Haag en naburige gemeenten vanwege de woningnood, wist de toenmalige burgemeester Archibald Bogaardt dat te voorkomen door een deel van het oude dorp te slopen en daar 15.000 nieuwe woningen te bouwen. Daardoor steeg het inwonertal naar circa 50.000 inwoners.

De ondergrondse tunnelbuis is ongeveer 650 meter lang en de vier perrons zijn circa 350 meter lang. Boven de perrons bevindt zich een eenvoudig park met kleine glazen piramides die voor daglicht op de perrons zorgen. In twee van deze kleine piramides lijkt een nooduitgang te zitten. Echter is dit niet zo. In de piramides is namelijk kunst met neonlicht aangebracht van de kunstenaar Herman Lamers.

Het Rijswijkse station is het enige station in Nederland dat niet (geheel) in bezit is van de NS of ProRail maar van de gemeente.

(bron: Wikipedia en Urban Solutions)