Interview met Babiche Mutsaers (bedrijfsleider) van Bij Oma.nl

Vertel eens iets over de winkel?
Babiche:”Bij de lunchroom Bij Oma.nl werk ik nu vijf jaar. Marcel Bogaart is de eigenaar, maar die richt zich momenteel op padelcentra door het hele land. Bij Oma.nl bestaat nu 14 jaar en is altijd gevestigd geweest in de Bogaard. Voor iedereen is er wel wat. Gebak en taartjes van Maison Kelder en ijs van Luciano en natuurlijk al het lekkers wat er op onze menukaart staat.”

Wat maakt het zo leuk om hier te werken?
“We werken nu met negen fulltimers en tien parttimers. We hebben soms ook wat stagiaires rondlopen. Een leuke groep die goed op elkaar is ingespeeld. Het voelt velen ook als een soort thuis. Niet alleen voor de gasten, maar dat geldt ook voor ons. Service verlenen zit iedereen in het bloed. We hebben veel vaste gasten. Sommigen komen vaker in de week langs. Dat kan ook, want we zijn zeven dagen per week open.”

Waarom is Bogaard stadscentrum jouw stadscentrum?
“Marcel is hier begonnen en we zitten er nog steeds. Het personeel en de gasten kennen elkaar goed. Het is een locatie waar je kunt zitten met goed en met slecht weer. En het is altijd gezellig druk. De drukste periode is het begin van de winter in oktober en november. En ook rond de feestdagen in december. Dan komt men nog even langs na het shoppen. Wij hebben ook ons thuis gevonden in de Bogaard.”

Wat is de mooiste of meest bijzondere ervaring in de lunchroom geweest?
“Het was zo’n vier jaar geleden. Op een dag kwam een vaste gast voor een laatste keer naar onze lunchroom. Ze zou snel euthanasie ondergaan en wilde van iedereen bij Oma.nl afscheid komen nemen. Op haar begrafenis werd gezegd dat Oma.nl ene tweede thuis voor haar was. Het was een hele emotionele maar tegelijkertijd ook een heel mooi afscheid van een dierbare.”

Wat hoop je dat de transformatie van winkelcentrum naar stadscentrum gaat brengen?
“Ik hoop dat de Bogaard voor meer mensen weer aantrekkelijk wordt om naar toe te gaan. Veel mensen klaagden over de winkelleegstand. Ik denk dat zodra het nieuwe stadscentrum weer een gezicht krijgt mensen het weer gaan omarmen als hun stadscentrum.”